Commissies 2024

Elk jaar wordt er door de organisatie gezocht naar actuele en interessante vraagstukken voor de Gelderse MEP conferentie. Ook dit jaar zijn er weer tien commissies met bijbehorende vraagstukken. De commissies en bijbehorende vraagstukken voor 2024 zijn hier te vinden!

Commissie Milieubeheer, Volksgezondheid en Voedselveiligheid (ENVI I): Het vraagstuk
over fast fashion
In de hedendaagse economie is het kopen van nieuwe kleren niet iets sporadisch, maar een
bijna dagelijkse bezigheid. Er schuilt echter veel meer achter deze onschuldig ogende hobby.
De textielindustrie heeft een enorme impact op het milieu en het klimaat. De productie van
kleding exploiteert veel verschillende grondstoffen, waar bij overproductie veel van deze
waardevolle grondstoffen worden verspild. Bovendien draagt het gebruik van fossiele
brandstoffen, die nodig zijn om de kleding te produceren, ook nog bij aan het versterkte
broeikaseffect. De goedkope massaproductie heeft als gevolg dat men maar een korte tijd
gebruikmaakt van kleding; een nieuwe jurk is immers zo gekocht. De EU heeft het
vernietigen van overtollige en onverkochte kleding verboden, maar omdat recycling niet
altijd mogelijk is, is het lastig om op een goede manier van overtollige kleding af te komen.
Hoe kan de EU een oplossing vinden voor overtollige kleding? Wat kan de EU doen aan de
overconsumptie en overproductie binnen de kledingindustrie? Op welke manier kunnen de
lidstaten samen het milieu en klimaat beschermen tegen deze massaproductie? In hoeverre
kan de EU zorgen voor een zo klein mogelijke ecologische voetafdruk bij de
productieprocessen?

Commissie Cultuur en Onderwijs (CULT): Het vraagstuk over kansenongelijkheid in het
onderwijs
Volgens het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens heeft iedereen recht op
toegankelijk onderwijs. Toch bestaat er tussen dit onderwijs ontzettend veel verschil.
Kinderen met rijke ouders hebben nog steeds een grotere kans op het afmaken van hun
opleiding. Datzelfde geldt voor mannen, inwoners van een stad en studenten zonder
beperking. De achterstand die EU-inwoners oplopen door ongelijkheid in het onderwijs
kunnen zij maar zelden inlopen. Volgens onderzoek hebben Europese studenten met een
lagere sociaal-economische status nog steeds een grotere kans op onderpresteren tegenover
studenten met een hoge sociaal-economische status. Dit heeft ook economische gevolgen;
mensen met beperkte toegang tot goed onderwijs hebben ook minder kans op hoogbetaalde
banen en carrièrekansen. Individuen krijgen niet de kansen die ze verdienen, wat invloed
heeft op iedereen in de EU. Volgens de EU is het van groot belang de ongelijkheid te
verminderen om haar burgers in gelijke mate voor te bereiden op de uitdagingen van de 21e
eeuw.
Wat kan de EU doen om de kansenongelijkheid in het onderwijs te verminderen? Hoe kan de
EU zijn lidstaten ondersteunen op het gebied van onderwijs zonder tegen het Verdrag van
Lissabon in te gaan? Hoe kan de EU onderwijs voor haar burgers toegankelijker en
inclusiever maken?

Commissie Burgerlijke Vrijheden, Justitie en Binnenlandse Zaken (LIBE I): Het
vraagstuk over persvrijheid in Europa
De fundamenten van de democratie worden uitgedaagd. De journalistiek worstelt de laatste
jaren met steeds grotere uitdagingen en toenemende druk op journalisten, zoals intimidatie,
geweld en juridische belemmeringen. Dit heeft een steeds verder verdeeld en gepolariseerd
continent als gevolg. Ook beïnvloedt dit de vrijheid van meningsuiting en ondermijnt dit de
rol van de media als waakhond van de democratie. Een vrije pers speelt een cruciale rol bij
het informeren van het publiek, het controleren van machtsmisbruik en het bevorderen van
transparantie en verantwoording binnen de samenleving. Wanneer deze vrijheid wordt
bedreigd, staat niet alleen de integriteit van de pers op het spel, maar ook de kernwaarden
waarop de Europese Unie is gebaseerd. Hoewel Europa het veiligste continent voor
journalisten en mediavrijheid blijft, zijn er binnen de gehele EU aanslagen op journalisten
gepleegd. De oorlog tussen Rusland en Oekraïne benadrukt deze gevaren, met dodelijke
gevolgen voor sommigen van de journalisten. Dat terwijl vrijheid van meningsuiting,
mediavrijheid en pluralisme zijn verankerd in meerdere verdragen van de EU en van
fundamenteel belang zijn voor een democratie. Deze gegevens vormen een directe uitdaging
voor de kernwaarden van de EU en vereisen een gecoördineerde aanpak.
Hoe kan de EU zorgen dat journalisten veilig hun werk uit kunnen voeren? Hoe kan de EU
effectieve maatregelen nemen om persvrijheid te beschermen en te bevorderen, terwijl de
soevereiniteit van lidstaten wordt gerespecteerd en de fundamentele waarden van democratie
en mensenrechten worden gehandhaafd?

Commissie Industrie, Onderzoek en Energie (ITRE): Het vraagstuk over de
energietransitie
Het proces van overstappen naar groene energie dat zich afspeelt binnen de Europese Unie is
ingewikkeld. De EU wil minder vervuilende energie gebruiken en plaats maken voor
duurzame bronnen, zoals zonne- en windenergie. Dit is belangrijk om klimaatverandering
tegen te gaan. Ook wil de EU samenwerking tussen landen stimuleren, investeren in nieuwe
technologieën en ervoor zorgen dat de overstap naar schone energie ook banen oplevert.
Maar deze transitie heeft ook een grote impact op het Europese volk. Mensen moeten zich
aanpassen aan de nieuw gemaakte klimaatwet en worden massaal aangezet tot duurzame
investeringen. Daarnaast zorgt de verandering naar duurzame energie in regio’s en landen, die
afhankelijk zijn van de export van fossiele brandstoffen, ook voor economische instabiliteit.
Ook de bouw van nieuwe wind- en zonneparken levert de nodige kritiek op.
Hoe kan de EU de negatieve gevolgen van de energietransitie zo veel mogelijk beperken? En
op welke manier kan de EU ervoor zorgen dat alle EU burgers op een financieel eerlijke
manier kunnen bijdragen aan de energietransitie en het verminderen van uitstoot voor het
klimaat?

Commissie Milieubeheer, Volksgezondheid en Voedselveiligheid (ENVI II): Het
vraagstuk over eigen risico en privatisering van de zorg
In Europa is het zorgsysteem de afgelopen decennia flink veranderd. In meerdere landen is er
een marktwerking ingevoerd met het idee dat hierdoor de zorg betere kwaliteit kon leveren en
de zorgverzekeringen goedkoper zouden worden. Hier komt echter weinig van terecht. Ook is
er veel inconsistentie in zorgsystemen van landen binnen de EU. Er is een toenemende
ongelijkheid in de zorg doordat mensen met een lagere economische status vaak beperkte
toegang tot zorg van hoge kwaliteit hebben door hoge eigen bijdragen en dure medicijnen.
Ook hebben immigranten last van obstakels bij het zoeken naar zorg, zoals onwetendheid en
taalbarrières, waardoor zij minder vaak de kans krijgen tot zorg op maat.
Hoe wordt de zorg weer gelijkwaardig, van hoge kwaliteit en betaalbaar voor elke
EU-burger? Moet de EU dit als één geheel verzorgen? En hoe kan de EU ervoor zorgen dat
dit rechtvaardig gebeurt?

Commissie Burgerlijke Vrijheden, Justitie en Binnenlandse Zaken (LIBE II): Het
vraagstuk over de toename van online criminaliteit en de bestrijding ervan
In de afgelopen jaren is vanwege de digitalisering het internet een onmisbaar element in de
dagelijkse werking van de Europese Unie geworden. Vele aspecten van de EU’s
infrastructuur en diensten, zoals water en gas, worden beheerd via het internet en computers.
Behalve de voordelen die digitalisering met zich meebrengt, komen daarbij ook nieuwe
kwetsbaarheden kijken. Zo wordt ouderwetse overheidssoftware in Nederland slechts
stapsgewijs en per systeem verbeterd, met alle risico’s van dien, zijn gegevens van
COVID-patiënten gelekt in Spanje, en bleek de Belgische elektronische Identiteitskaart (eID)
online door iedereen te bekijken.
Ook werken overheden soms samen met bedrijven zoals ID-Ware die niet alle nodige
maatregelen nemen om de gegevens van burgers en de overheid te beschermen, dat kan voor
enorme datalekken zorgen zoals die in 2022 waarbij de paspoort informatie van duizenden
Nederlanders is gelekt.
Het gebruik van verouderde systemen en onbetrouwbare partners door de overheid blijkt dus
een groot veiligheidsrisico voor beide persoonsgegevens en de integriteit van essentiële
diensten die de overheid levert. Als per abuis gegevens op straat komen te liggen heeft dit al
grote gevolgen, maar voorbeelden waar overheidsdiensten door criminelen tot doel worden
gemaakt, zijn er ook ten overvloede.
Wat kan de Europese Unie doen om de digitale systemen van zijn individuele lidstaten te
verbeteren? En wat kan de Europese Unie doen om overheden beter te beschermen tegen
online criminaliteit?

Subcommissie Veiligheid en Defensie (AFET/SEDE): Het vraagstuk over defensie en
geopolitieke betrokkenheid
Door toenemende spanningen op het wereldtoneel zijn veel landen bezig met het opschalen
van hun defensie en ook veel lidstaten van de Europese Unie geven jaarlijks meerdere
honderden miljarden uit aan hun krijgsmacht en wapensystemen. De Europese Unie probeert
niet alleen het defensiebeleid van individuele lidstaten te stroomlijnen, maar streeft er ook
naar te handelen als blok in internationale crises. De EU ziet zichzelf tevens als normatieve
macht, in de zin dat ze mensenrechten in andere landen wil bevorderen en stelt vrede te
willen bewerkstelligen waar mogelijk. Kortom, de EU is internationaal erg betrokken, wat
zich uit in diplomatieke inspanningen, economische steun of sancties en militaire steun. Zo
steunt de EU Oekraïne met wapens en miljarden en heeft het sancties opgelegd aan Rusland.
Ook speelt de EU momenteel een grote geopolitieke rol in het Israël-Palestina conflict, wat in
sommige lidstaten voor spanning zorgt.
Tot hoever zou de Europese Unie niet-Europese landen moeten steunen, als ze humanitair of
militair in nood zijn? Is het voor de Europese Unie noodzakelijk om een kant te kiezen in een
conflict, of zou ze juist neutraal moeten blijven? Kortom, welke keuzes zou de Europese Unie
omtrent defensie moeten maken, als we streven naar vrede en stabiliteit?

Commissie Milieubeheer, Volksgezondheid en Voedselveiligheid (ENVI III): Het
vraagstuk over europese crisisaanpak
De Europese Unie heeft in haar geschiedenis voor tal van crises gestaan: van aardbevingen en
noodweer tot epidemieën en aanslagen. De EU heeft zich langzamerhand, door middel van
wetsvoorstellen en verschillende instituties, aangepast om hier beter op voorbereid te zijn.
Toch heeft de Corona Pandemie laten zien dat ook crises steeds ingewikkelder en niet altijd
lokaal opgelost kunnen worden. Verschillende lidstaten worden getroffen door verschillende
rampen, welke zij op een andere manier het hoofd bieden. Ook kunnen zij elk op een andere
manier steun bieden aan andere getroffen landen. Op dit vlak biedt de Europese Unie juist
een voorsprong: de hechte banden en goede samenwerking bieden de EU veel mogelijkheden
om noodsituaties te voorkomen en haar lidstaten te ondersteunen. Echter blijkt dat de manier
waarop de EU hierop reageert moet worden bijgesteld. In de toekomst moet de EU
voorbereid zijn om zo snel mogelijk adequate steun te bieden voor acute crises, om te
voorkomen dat deze uit de hand lopen.
Hoe kan de EU dit bereiken? Hoe kan het bestaande beleid worden aangevuld of aangepast?
In hoeverre wordt deze verantwoordelijkheid bij de Europese Unie gelegd? En tot welke
verhouding wordt er medewerking verwacht van de lidstaten?

Commissie Werkgelegenheid en Sociale zaken (EMPL): Het vraagstuk over
(arbeids)migratie
De Europese Unie heeft een lange geschiedenis van arbeidsmigratie binnen haar lidstaten.
Arbeidsmigratie heeft aanzienlijke gevolgen gehad voor de economische dynamiek, sociale
structuren en beleidsvorming van individuele lidstaten en de EU als geheel. De recente golf
van arbeidsmigratie binnen de EU is voornamelijk gedreven door factoren zoals economische
ongelijkheid tussen lidstaten, arbeidstekorten in bepaalde sectoren, en politieke instabiliteit in
bepaalde regio’s. Het vrije verkeer van werknemers binnen de EU, een van de fundamentele
standpunten van het EU-lidmaatschap, heeft geleid tot aanzienlijke migratiestromen vanuit
lidstaten met lagere lonen en hogere werkloosheid naar landen met meer economische kansen
en hogere lonen. Deze migratiestromen hebben echter ook uitdagingen met zich meegebracht,
zoals sociale spanningen, druk op de sociale voorzieningen, en toenemende concurrentie op
de arbeidsmarkt.
Hoe heeft de recente golf van arbeidsmigratie binnen de Europese Unie de economische groei
van lidstaten beïnvloed, en hoe kan de EU dit reguleren? Welke beleidsmaatregelen kunnen
worden overwogen om zowel de behoeften van arbeidskrachten als de sociale betrekking
binnen de EU te waarborgen? Hoe kan de EU de arbeidsstroom controleren?

Commissie Rechten van de Vrouw en Gendergelijkheid (FEMM): Het vraagstuk over
femicide
Geweld tegen vrouwen en meisjes is wereldwijd een van de meest systematische en meest
voorkomende schendingen van de mensenrechten. De EU-landen vormen hierop geen
uitzondering: 1 op de 3 vrouwen heeft al te maken gehad met fysiek of seksueel geweld.
Veelal was de dader een intieme partner. In 2020 meldde Deutsche Welle dat in Duitsland
“elke dag een man zijn partner of ex-partner probeert te vermoorden. Elke derde dag is een
poging succesvol.” Nog alarmerender is dat in Italië het aantal vrouwenmoorden in 2023 met
bijna 16% is gestegen. Polen heeft verreweg de hoogste percentages vrouwenmoorden in
Europa. Tevens blijkt uit een recent onderzoek dat er grote inconsistenties zitten in de
statistische gegevens over vrouwenmoorden die door de statistiekbureaus van de lidstaten
worden aangeleverd. De beschikbare gegevens zijn dan ook hoogstwaarschijnlijk niet
representatief. Dit geweld illustreert de structurele machtsverhouding tussen mannen en
vrouwen. Van jongs af aan wordt in sommige landen aangeleerd dat het noodzakelijk is
geweld te gebruiken om respect af te dwingen. Voorafgaand aan femicide, is huiselijk of
seksueel geweld vaak al aan de orde. Toch blijft dit onderwerp onbesproken, omdat veel
vrouwen uit angst voor wraakneming zwijgen. Daarnaast worden veel aangiftes niet serieus
genomen.
Hoe pakken we een probleem aan dat zo diep in de Europese maatschappij geworteld is? Wat
zou de Europese Unie moeten doen, zodat vrouwen zich veilig voelen en ze huishoudelijk en
seksueel geweld durven te melden? Hoe kan de EU femicide definitief de kop indrukken?